Als kind was ik geen meisje-meisje. Barbies? Leuk, maar ik ging liever buiten spelen met mijn hartsvriendinnetje Miranda en de jongetjes uit de buurt. Blikkietrappen, landje veroveren, voetballen; daar werden wij blij van. Niet verwonderlijk dus, dat ik als enige meisje bij de Sinterklaasviering op de softbalvereniging geen pop of knutselfrutsels kreeg, maar een boek over Wubbo Ockels en zijn ruimtereis.
Het moet gezegd worden: ik was een kind dat bestemd was voor grootse dingen. Later, als ik groot zou zijn, zou ik astronaut worden, of anders Mount Everest en de K2 beklimmen, of ik zou tussen de wilde dieren gaan wonen en hun beste vriend worden. Niets leek me te gek, een leven vol avontuur lachte me tegemoet. [stilte voor het effect..]
Inmiddels zijn we zo’n twee decennia verder, ben ik 31 jaar, braaf getrouwd, een werkeloze antropoloog die Franse lesjes leert. Ergens ging het mis, maar waar? In de loop der jaren stapelden de inspirerende boeken zich op; Wubbo Ockels – Het Levensverhaal van een Zwevende Hollander, K2 – Challenging the Sky, Geen Berg te Hoog, Wolves of the High Arctic, De Spiegel van het Paradijs – Mijn Jaren bij de Orang-Oetans van Borneo. Ik ging zelfs nog eens op bergwandelvakantie, twaalf dagen bikkelen door het Rätikongebergte, compleet met gletsjeroversteek (en bijna-ongeluk toen ik een flink stuk naar beneden gleed van diezelfde gletsjer). Ik was lekker op weg dus, zou je denken, maar toch pakte het anders uit. Ik ging studeren, ontwikkelde een lichte hoogtevrees en claustrofobie en de dromen van vroeger leken steeds onrealistischer te worden.
Deze week berichtte de krant over een noodlottige expeditie op K2. Na de beklimming van de top sloeg een ijslawine de touwen weg waardoor afdalen problematisch werd. Tien klimmers worden vermist en zijn vermoedelijk omgekomen. Mensen die hun dromen naleefden en dat met de hoogste prijs betaald hebben. Ik kan niet anders dan diep respect voor ze hebben, maar realiseer me dat je niet de K2 hoeft te beklimmen om grootse dingen te bereiken. Grootsheid is tenslotte relatief.
Groots is een ieder die z’n dromen durft na te streven, ongeacht welke dromen dat zijn. Mijn dromen vandaag zijn minder spectaculair dan toen ik klein was, maar het is onveranderd moeilijk om ze na te streven. Er zit maar één ding op: gewoon doen. En dus zal ik schrijven, filmen, de wereld verbeteren. En hopelijk wordt ik daar net zo gelukkig van als Wubbo, toen hij al zwevend op de aarde neerkeek.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten